Inleiding
In deze paragraaf geven we informatie over:
- het beleid met betrekking tot de weerstandscapaciteit, het weerstandsvermogen en de risico’s;
- de verplicht op te nemen kengetallen (de netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, solvabiliteitsratio, grondexploitatie, structurele exploitatieruimte en belastingcapaciteit)
- een beoordeling van de kengetallen in relatie tot de financiële positie.
Met de informatie in deze paragraaf geven wij uitvoering aan artikel 11 lid 2 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV).
De weerstandscapaciteit is in het BBV omschreven als “de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken”.
De beschikbare weerstandscapaciteit berekenen wij op basis van:
- De omvang van de algemene reserve (vrij aanwendbaar gedeelte);
- De eventueel ongebruikte belastingcapaciteit;
- De omvang van stille reserves (indien aanwezig);
- De post onvoorzien;
- De ruimte in de structurele begroting.
Met weerstandsvermogen is het mogelijk om financiële tegenvallers op te vangen zonder dat de begroting daarvoor moet worden bijgesteld. Bij de beoordeling van het weerstandsvermogen vergelijken we de weerstandscapaciteit met de omvang van het bedrag dat nodig is om risico’s af te dekken.
Een risico definiëren wij als: een kans op een gebeurtenis dat een nadelig effect kan hebben op de organisatie, de doelen die zijn gesteld en / of de financiële positie. Voor de berekening van de benodigde omvang van het weerstandsvermogen kijken we naar mogelijke financiële tegenvallers die samenhangen met de uitvoering van bepaalde activiteiten. Voorbeelden zijn het ondernemersrisico bij grondexploitaties en het risico op overschrijding van budgetten bij open einderegelingen.