Onroerende zaakbelasting (OZB)
De WOZ-waarden dienen als grondslag voor de onroerende zaakbelasting(en). De WOZ-waarden voor 2025 bepalen we naar waardepeildatum 1 januari 2024. In de berekening voor de tarieven is rekening gehouden met een (voorlopige) waardestijging van 3,37% voor woningen en 2,10% voor niet-woningen. De definitieve waardeontwikkeling tussen waardepeildatum 1 januari 2023 en 1 januari 2024 is (nu) nog niet bekend.
Bij de berekening van de voorlopige tarieven is rekening gehouden met een indexering van 2,8%.
Dit resulteert (voorlopig) in de volgende OZB-tarieven 2025:
- OZB eigenaren voor woningen: 0,0903%
- OZB eigenaren voor niet-woningen: 0,2620%
- OZB gebruikers voor niet-woningen: 0,1951%
Afvalstoffenheffing
We gebruiken omgekeerd inzamelen met Diftar, waarbij de afvalstoffenheffing bestaat uit een vast en een variabel tarief. Het vaste tarief is voor alle huishoudens gelijk en de hoogte van het variabele tarief hangt af van het aantal keren dat restafval wordt aangeboden.
Onze inwoners hebben over het algemeen goede resultaten behaald: het scheidingspercentage is 86% in 2023 (78% is het ROVA-gemiddelde), en de hoeveelheid restafval 50 kilo (69 is ROVA-gemiddelde). Echter, het percentage verontreiniging in pmd is 12,7% (6,4% is het ROVA-gemiddelde).
Om de kwaliteit van de ingezamelde grondstoffen te verbeteren richting we ons in 2025 op:
- Nul- en veelaanbieders;
- Faciliteren van gft bij hoogbouw (inventarisatie voor aantallen en kosten is afgerond);
- Weegproef met ROVA om de kwaliteit ingezameld pmd te verbeteren;
- Voorlopers op pmd en gft.
We zijn genoodzaakt het tarief voor vastrecht afvalstoffenheffing in 2025 met 6,6% te verhogen (€13,00). Dit betekent een nieuwe afvalstoffenheffing van €211 per huishouden. De kostenstijging komt voornamelijk uit de hogere kosten vanuit ROVA (7,2%), maar ook door daling van dividendinkomsten. De voorziening afvalstoffenheffing laat geen ruimte voor tariefsverlaging.
Opbouw kosten afvalstoffenheffing (per huishouden) | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
---|---|---|---|---|---|---|
Kosten afvalinzameling door ROVA | 177 | 159 | 166 | 169 | 184 | 191 |
Kosten gemeente | 32 | 37 | 38 | 40 | 41 | 43 |
BTW | 34 | 34 | 36 | 37 | 41 | 43 |
Inzet reserve afvalinzameling | - 29 | - 2 | - 7 | - 7 | - 5 | |
Deel ontvangen vergoeding Nedvang | - 47 | - 25 | - 19 | -23 | - 35 | -38 |
Inzet (extra) dividend ROVA | 0 | - 4 | - 4 | - 4 | 0 | |
Totale kosten per huishouden | 167 | 199 | 210 | 212 | 226 | 239 |
Af: gemiddelde variabele kosten voor aantal ledigingen per huishouden (diftar) | 24 | 28 | 28 | 28 | 28 | 28 |
Tarief vastrecht (totale kosten -/- variabele kosten | € 142 | € 171 | € 182 | € 184 | € 198 | € 211 |
De variabele tarieven voor 2025 worden ongewijzigd vastgesteld:
- Verzamelcontainer (ondergronds systeem) : € 1,80
- 240 liter restafvalcontainer : € 10,60
- 140 liter restafvalcontainer : € 6,50
We streven naar 100% dekking op de afvalbegroting. Dit betekent dat de inkomsten afvalstoffenheffing gelijk zijn aan de kosten afvalbeheer. Jaarlijks keert ROVA dividend uit. ROVA heeft aangekondigd dat het uit te keren dividend naar beneden wordt bijgesteld van € 131.000 naar € 100.000. Deze € 100.000 komt ten goede aan de algemene reserve. Dit betekent dat vanaf 2024 het dividend van € 31.000 niet meer ingezet kan worden ten gunste van het vaste tarief afvalstoffenheffing.
Kostendekkendheid afvalstoffenheffing 2025 | |||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 2.001.460 | ||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | -364.204 | ||
Netto kosten taakveld | 1.637.256 | ||
Toe te rekenen kosten: | |||
Overhead inclusief (omslag)rente | 117.193 | ||
BTW | 385.254 | ||
---|---|---|---|
Totale kosten | 2.139.702 | ||
Opbrengst heffingen | -2.139.702 | ||
Dekkingspercentage | 100% |
Rioolheffing
In het GRP (gemeentelijk rioleringsplan) dat vanaf 1 januari 2022 is ingegaan, zijn we (weer) overgegaan op het activeren en afschrijven (40 jaar) van vervangingsinvesteringen. Hiermee hebben we de systematiek weer in overeenstemming gebracht met de landelijk meest gangbare systematiek bij gemeenten. Het gevolg van de wijziging in systematiek is dat alleen de kapitaallasten (afschrijving en rente) van de investeringen in de tarieven worden doorberekend en niet het bedrag van de investering zelf.
Uitgangspunt bij het riooltarief is 100% kostendekkendheid. Om dat te bereiken moeten de tarieven in 2025 met 9,2% worden verhoogd.
De reden hiervoor is dat, naast de indexering van de lonen en prijzen met de indexpercentages voor 2025, nog een inhaaleffect optreedt, omdat er in 2024 voor is gekozen om stapsgewijs weer naar een kostendekkend tarief te gaan. In de begroting voor 2024 is dan ook vastgesteld dat € 145.000 uit de voorziening wordt onttrokken. Inzet van de rioolvoorziening is in principe eenmalig, terwijl de kosten van onderhoud en beheer van de riolering structureel zijn. Daarnaast is inmiddels ook het prijsniveau van de vervangingsinvesteringen aangepast aan het sterk gestegen prijsniveau van de afgelopen jaren. Dat betekent dat gemiddeld € 1.875.000 per jaar aan vervanging/vernieuwing van riolering wordt geïnvesteerd i.p.v. € 1.500.000 waar aan het begin van deze GRP-periode vanuit is gegaan. De hogere kapitaallasten moeten ook in de tarieven worden doorgerekend om deze weer 100% kostendekkend te maken (zonder inzet van de voorziening).
Het tarief voor een eenpersoonshuishouden verhogen we met € 24,00 en dat voor een meerpersoonshuishouden met € 29,00.
Tarieven voor de rioolheffing 2025:
Tarief meerpersoonshuishouden: € 343,00
Tarief één persoonshuishouden: € 282,00
Tarief niet-woningen (bedrijven): € 3,31 per m2 waterverbruik met een minimum van € 343,00.
Kostendekkendheid rioolheffing 2025 | |||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 2.825.615 | ||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | -3.200 | ||
Netto kosten taakveld | 2.822.415 | ||
Toe te rekenen kosten: | |||
Overhead inclusief (omslag)rente | 338.374 | ||
BTW | 455.077 | ||
---|---|---|---|
Totale kosten | 3.615.866 | ||
Opbrengst heffingen | -3.615.372 | ||
Dekkingspercentage | 100% |
Begraafrechten
Begraafrechten is een bestemmingsheffing. De opbrengsten van de begraafrechten dienen te worden gebruikt om deze uitgaven te bekostigen. Bij de berekeningen voor de begraafrechten maken we gebruik van gewogen gemiddelden over de afgelopen 3 jaar.
De gemeenteraad heeft ervoor gekozen om de belevingswaarde van groen te kwantificeren en er voor te kiezen om deze voor de helft van het bedrag (€ 30.000) niet toe te rekenen aan de tarieven voor het recht tot begraven (volwassene en kind). De raad heeft besloten om deze kosten ten laste te brengen van het budget onderhoud groen.
In het coalitieakkoord is opgenomen dat bij het bepalen van de tarieven voor begraafrechten er rekening wordt gehouden met de betaalbaarheid voor onze inwoners.
De tarieven voor de begraafrechten zijn geïndexeerd met 2,8%. Het dekkingspercentage is 95%.
Tarieven begraafrechten 2025:
- Recht tot begraven volwassene € 1.452,00
- Nieuw graf voor 40 jaar € 3.130,00
- Nieuw graf voor onbepaalde duur € 6.258,00
Kostendekkendheid begraafrechten 2025 | ||||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 444.420 | |||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | - 30.000 | |||
Netto kosten taakveld | 414.420 | |||
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead inclusief (omslag)rente | 120.549 | |||
BTW (niet toe te rekenen) | ||||
Totale kosten | 534.969 | |||
---|---|---|---|---|
Opbrengst heffingen | -507.419 | |||
Dekkingspercentage | 95% |
Marktgelden
Marktgelden is een bestemmingsheffing. De opbrengsten van de marktgelden dienen te worden gebruikt om deze uitgaven te bekostigen. Zowel de inkomsten als de uitgaven van de marktgelden zijn cijfermatig aangepast op basis van de trendmatige gegevens over de afgelopen jaren. De tarieven voor de marktgelden zijn geïndexeerd met 2,8%. Het dekkingspercentage is 49%.
Volgens regelgeving BBV zijn de kosten en opbrengsten van de standplaatsen (vergunningen buiten de reguliere marktdagen om) geen onderdeel van de kostendekkendheid marktgelden. Deze opbrengsten zijn onderdeel van de precariobelasting (algemeen dekkingsmiddel).
De kosten en opbrengsten worden - net als de opbrengsten van de weekmarkt - wel verantwoord op het taakveld 'bedrijvenloket en bedrijfsregelingen'.
Ook de kosten en opbrengsten van de kermis tijdens de jaarmarkt Genemuiden maken geen deel uit van de berekening kostendekkendheid. De tarieven hiervoor zijn niet opgenomen in de verordening marktgelden. Hiervoor zijn privaatrechtelijke overeenkomsten/afspraken gemaakt.
Kostendekkendheid marktgelden 2025 | ||||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 41.453 | |||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | -12.058 | |||
Netto kosten taakveld | 29.395 | |||
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead inclusief (omslag)rente | 24.231 | |||
BTW | 2.417 | |||
---|---|---|---|---|
Totale kosten | 56.043 | |||
Opbrengst heffingen | -27.600 | |||
Dekkingspercentage | 49% |
Havengelden
Havengelden is een bestemmingsheffing. De opbrengsten van de havengelden dienen te worden gebruikt om deze uitgaven te bekostigen. Zowel de inkomsten als de uitgaven van de havengelden zijn cijfermatig aangepast op basis van de trendmatige aantallen ladingen/lossingen over de afgelopen jaren.
De tarieven voor de havengelden zijn geïndexeerd met 2,8%. Het dekkingspercentage is 86%.
Volgens regelgeving BBV moeten de uitgaven en inkomsten voor woonschepen verantwoord worden op het taakveld 'wonen en bouwen'. De tarieven voor woonschepen zijn opgenomen in de verordening havengelden en daardoor onderdeel van de berekening kostendekkendheid havengelden.
Kostendekkendheid havengelden 2025 | ||||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 256.997 | |||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | -24.920 | |||
Netto kosten taakveld | 232.077 | |||
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead inclusief (omslag)rente | 63.377 | |||
BTW | 23.397 | |||
---|---|---|---|---|
Totale kosten | 318.851 | |||
Opbrengst heffingen | -275.309 | |||
Dekkingspercentage | 86% |
Leges
Voor een aantal leges geldt dat hiervoor uitsluitend bij wet- en regelgeving vastgestelde bedragen in rekening kunnen worden gebracht. De Rijksoverheid stelt de maximum tarieven vast voor reisdocumenten en rijbewijzen. Ook het tarief voor het afgeven van een uittreksel Burgerlijke stand wordt vastgesteld door de Rijksoverheid. Deze tarieven zijn niet kostendekkend.
Daarnaast mogen, op basis van wetgeving, geen kosten in rekening worden gebracht voor het opmaken van akten van overlijden, geboorten, erkenning enzovoort.
Verder moeten gemeenten, op grond van de wet, op twee momenten per week de gelegenheid bieden voor een kosteloze huwelijksvoltrekking. Het is de verwachting dat van de 104 huwelijken er 55 kosteloos worden voltrokken.
Uitgangspunt - voor zover niet wettelijk bepaald - voor de overige leges is 100% kostendekkendheid.
Kostendekkendheid burgerzaken 2025 (inclusief Rijksleges) | |||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 499.110 | ||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | - | ||
Netto kosten taakveld | 499.110 | ||
Toe te rekenen kosten: | |||
Overhead inclusief (omslag)rente | 221.971 | ||
BTW | 18.655 | ||
---|---|---|---|
Totale kosten | 739.736 | ||
Opbrengst heffingen | -467.954 | ||
Dekkingspercentage | 63% |
Vanaf 1 januari 2024 is de Omgevingswet van kracht. De Legesverordening heeft een nieuwe indeling en onderverdeling gekregen. In hoofdstuk 2 zijn de tarieven opgenomen voor Dienstverlening en besluiten in het kader van de Omgevingswet (Omgevingsvergunningen). De werkwijze voor het aanvragen en het verlenen van een omgevingsvergunning is gewijzigd. De tarieven zijn hier op afgestemd. In mei 2024 is er nog een aanpassing geweest op dit onderdeel van de Legesverordening. Vooralsnog nemen we deze wijzigingen ook als uitgangspunt voor de Legesverordening 2025. Ondertussen vindt er een analyse plaats van de processen en de bijbehorende leges.
We streven naar 100% kostendekkendheid voor omgevingsvergunningen. Dat is ook nu ons uitgangspunt.
Het is van belang om ook het komend jaar te monitoren wat de impact is van de nieuwe wetgeving en de tijd die hiermee gemoeid gaat.
Kostendekkendheid omgevingsvergunning 2025 | ||||
Kosten taakveld(en) inclusief (omslag)rente | 622.624 | |||
Inkomsten taakveld, exclusief heffingen | -150.000 | |||
Netto kosten taakveld | 472.624 | |||
Toe te rekenen kosten: | ||||
Overhead inclusief (omslag)rente | 491.172 | |||
BTW | 17.566 | |||
---|---|---|---|---|
Totale kosten | 981.362 | |||
Opbrengst heffingen | -907.722 | |||
Dekkingspercentage | 93% |
| ||||
Hoofdstuk 1 | ||||
Lasten | Baten | Kosten-dekkendheid | ||
P 1.1 Burgerlijke stand | 51.260 | -37.413 | 73% | |
P 1.2 Reisdocumenten en identiteitskaart | 284.039 | -155.261 | 55% | |
P 1.2 Rijksleges reisdocumenten | 152.860 | -152.860 | 100% | |
P 1.3 Rijbewijzen | 134.761 | -72.417 | 54% | |
P 1.3 Rijksleges rijbewijzen | 28.270 | -28.270 | 100% | |
P 1.4 Verstrekkingen BRP | 72.599 | -5.430 | 7% | |
P 1.7 Overige publiekszaken | 4.683 | -5.040 | 108% | |
P 1.7 Rijksleges VOG | 3.216 | -3.216 | 100% | |
P 1.7 Rijksleges Naturalisatie | 8.048 | -8.048 | 100% | |
739.736 | -467.954 | 63% | ||
P 1.8 Gemeentearchief | 1.660 | -900 | 54% | |
P 1.9 Bijzondere wetten (leegstand) | - | - | ||
P 1.9 Bijzondere wetten (kansspelen) | 512 | -113 | 22% | |
P 1.9 Bijzondere wetten (telecommunicatie) | 52.968 | -31.220 | 59% | |
P 1.9 Bijzondere wetten (wegenverkeerswetgeving) | 29.249 | -6.224 | 22% | |
P 1.10 Diversen | 1.280 | -220 | 17% | |
Totaal | 825.405 | -506.831 | 61% | |
Hoofdstuk 2 | ||||
Lasten | Baten | Kosten-dekkendheid | ||
Overige Kosten | 83.649 | |||
Loonkosten Vergunningverlening | 516.149 | |||
Kosten milieuleges (extracomptabel) | 22.825 | |||
Invoering WKB (extracomptabel) | -150.000 | |||
Overhead | 491.172 | |||
Toe te rekenen BTW | 17.566 | |||
Opbrengsten Omgevingsvergunningen | -907.722 | |||
Totaal | 981.362 | -907.722 | 93% | |
H oofdstuk 3 | ||||
Lasten | Baten | Kosten-dekkendheid | ||
P 3.1 Horeca | 3.379 | -991 | 29% | |
P 3.4 Evenementen | 27.137 | -530 | 2% | |
P 3.7 Niet benoemd besluit | 2.816 | -220 | 8% | |
Totaal | 33.331 | -1.741 | 5% | |
Totaal | € 1.840.098 | € -1.416.535 | 77% |